De architect onderstreepte de kracht van contrast in het spelen met kleuren en het creëren van de illusie van meer licht. En licht, dat is als een potlood voor deze expert-sfeermaker.
“De zon beperkt ons, maar is ook een pluspunt,” stelt Gilles. Licht van bovenuit heeft als voordeel dat je beschikt over een diffuse en constante lichtbron, die voor meer levenskwaliteit zorgt in huis.
In 2016 realiseerde BE-DESIGNER het renovatieproject ‘Quai du chantier’. Het bracht optimaal natuurlijk licht binnen in deze loft op de eerste verdieping boven een magazijn.
Middenin het dak van de uitbouw kozen de architecten voor een platdakvenster, zodat bovenlicht zoveel mogelijk binnenstroomt. De combinatie van dubbel glas en beschermglas houdt zelfs lawaai buiten. Daarnaast zorgt de regensensor er al vanaf de eerste druppels voor dat het venster automatisch dichtgaat.
Sommige uitzichten zijn echt de moeite waard om gezien te worden. Misschien heb jij wel het geluk elke ochtend of avond van een uitzonderlijk landschap te genieten.
Met deze verbouwing en creatie van een appartement op het Flageyplein schonken onze architecten de toekomstige bewoners een adembenemend panorama op een van de grootste en mooiste pleinen van Brussel.
Vier dakvensters voor schuine daken (de grootst mogelijke ten tijde van deze werken) zorgen zij aan zij voor de opening naar buiten. Het resultaat: een glasoppervlak dat voor dit appartement maximale lichtinval garandeert, samen met een verbluffend uitzicht op het Flageyplein.
“Dakvensters waren de geknipte oplossing voor een uitzonderlijke ‘view’ in een geklasseerde zone.”
Bij renovaties raadt de architect aan om voor meerdere kleine ramen te gaan: makkelijker te hanteren en ze sluiten beter aan bij de bestaande structuur. Hij raadt wel één grote opening aan, als die meteen in een nieuw dak kan worden geïntegreerd. Dat is bijvoorbeeld het geval bij nieuwbouwprojecten.
Verder herinnert hij eraan dat “als je onder 20 % van het dakoppervlak blijft, je zonder vergunning zoveel dakvensters mag plaatsen als je maar wil.”Het is bekend dat sommige kleuren en verven het licht beter weerkaatsen. Daarnaast vernemen we van Gilles dat de contrasten tussen ‘warme’ en ‘koude’ kleuren fors bijdragen tot natuurlijk licht in een interieur.
Het Flagey project toont duidelijk hoe het architectenbureau deze techniek inzette.
Rood, geel, oranje en ook beige worden aanzien als ‘warme’ kleuren, omdat hun samenstelling geel bevat. Alle andere kleuren worden dan weer als ‘koud’ beschouwd. In een interieur vullen beide elkaar aan. Door de twee soorten kleuren tegen elkaar uit te spelen lees: met elkaar te laten contrasteren – lijkt de helderste kleur (blauw in dit geval) zelfs wit te zijn.
Het zou zover kunnen gaan dat we geloven dat dit wit naar het noorden georiënteerd is en daardoor blauwachtig oogt. Welja, de oriëntatie en in het bijzonder de blootstelling aan (natuurlijk of kunstmatig) licht veroorzaakt vele optische illusies, waar interieurontwerpers en specialisten in interieurdecoratie doordacht mee omgaan. Gilles legt uit: "Een binnenmuur hoeft niet wit te zijn om te doen denken dat het wit is: naast een donkere kleur interpreteren we een heldere tint als wit."
Hij gaat nog verder: “Sterke contrasten spelen een grote rol in het creëren van lichteffecten.” We kunnen bijvoorbeeld een derde van een ruimte donkerblauw verven en twee derde geel (niet noodzakelijk bleek). Het contrast tussen de twee zorgt voor een lichteffect. De architect raadt ons wel aan dit vooraf uit te testen.
Veel hangt ook af van de sfeer die we in de ruimte willen creëren. Voor een kantoor verkiezen we doorgaans koude kleuren. Bij een oriëntatie naar het noorden krijg je deze sfeer vanzelf. Is de kamer naar het zuiden gericht, dan dien je doelbewust een koude kleur te kiezen en rekening te houden met het kunstlicht.
Met dank aan Gilles Fostier, interieurarchitect en oprichter van BE-DESIGNER, voor zijn knowhow en zijn tips over hoe we bij een renovatieproject doeltreffend kunnen omgaan met licht en kleur.
Schrijf je in voor onze maandelijkse nieuwsbrief!